"Wereld heeft te weinig oog voor kinderen"

Bijna twintig jaar na de Conventie voor de Rechten van het Kind lijden wereldwijd 2,2 miljard kinderen onder armoede, analfabetisme, seksueel misbruik en militaire conflicten. “Zoals met zoveel wereldwijde conventies, bestaat er een grote kloof tussen beloften en de realiteit”, zegt Agneta Ucko, de directrice van de in Genève gevestigde Kinderrechtenorganisatie Arigatou International.
De Verenigde Naties herdenken volgend jaar de twintigste verjaardag van de Conventie voor de Rechten van het Kind. Ucko wijst erop dat de internationale gemeenschap miljarden dollars beloofd heeft om het door oorlog getekende Afghanistan op te bouwen. “De Afghanen wachten nog steeds op het moment dat de wereld die beloften nakomt”, zegt Ucko, die tevens algemeen secretaris is van de Interfaith Council on Ethics Education for Children.
Volgens het Afghaanse ACBAR, een orgaan dat hulp coördineert, is slechts vijftien miljard dollar van de sinds 2001 beloofde hulp van 25 miljard dollar uitgegeven. En van die vijftien miljard vloeide ongeveer 40 procent weer terug naar donorlanden, omdat het werd betaald aan buitenlandse bedrijven en salarissen van consultants.
Het nog steeds voortdurende militaire conflict in Afghanistan heeft vooral een verwoestende invloed op de levens van vrouwen en kinderen. “De internationale gemeenschap voelt zich zeker betrokken bij de nood van kinderen, maar is niet gewend om die kinderen centraal te stellen”, zegt Ucko.
De VN-Conventie voor de Rechten van het Kind uit 1989 werd in 2002 gevolgd door een VN-Actieplan onder de naam A World Fit for Children. Desondanks heeft een kind dat wordt geboren in Afrika bezuiden de Sahara, een kans van een op zes om voor het vijfde levensjaar te overlijden. Volgens het VN-Kinderfonds Unicef sterven dagelijks meer dan 27.000 kinderen, voornamelijk aan ziekten die te voorkomen zijn.
Van de elf landen waar 20 procent (of meer) van de kinderen voor het vijfde levensjaar overlijdt, heeft meer dan de helft na 1989 te maken gehad met een ingrijpend gewapend conflict. Het gaat om Afghanistan, Angola, Burkina Faso, Tsjaad, de Democratische Republiek Congo, Equatoriaal-Guinea, Guinee-Bissau, Liberia, Mali, Niger en Sierra Leone.
IPS: Is er bij de internationale gemeenschap te weinig politieke wil om iets te doen aan de problemen van kinderen?
Agneta Ucko: “Waarschijnlijk ontbreekt het niet aan goede wil. Maar we realiseren ons te weinig dat er moed nodig is om een wereld te creëren waarin kinderen tot hun recht komen. Daarvoor is actie nodig tegen een houding waarin kinderen uitgebuit worden, of dat nou is in de seksindustrie of in situaties waarbij ze worden ingezet als soldaten of arbeidskracht. Laten we niet vergeten dat pas in onze tijd kinderen centraal gesteld worden. In vroeger tijden werden ze slechts gezien als potentieel productieve volwassenen.”
Uit de laatste cijfers van Unicef blijkt dat wereldwijd 93 miljoen kinderen in de basisschoolleeftijd niet naar school gaan, inclusief 41 miljoen kinderen in Afrika bezuiden de Sahara, 31,5 miljoen in Zuid- Azië en 6,9 miljoen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Wat zou er moeten gebeuren om dat te veranderen?
Iedereen is het erover eens dat onderwijs erg belangrijk is. Wat nodig is, is dat er een beweging ontstaat die zich inzet voor fondsenwerving en infrastructuur, zodat duurzame onderwijssystemen opgezet kunnen worden. Onderwijs is een bedreiging voor veel eenpartijstaten waar onderwijs gebruikt wordt om politieke standpunten te rechtvaardigen en aan de macht te blijven. Het maatschappelijk middenveld zou zich meer bewust kunnen inzetten voor het recht van kinderen op onderwijs.
In 2002 nam de Algemene Vergadering van de VN het Actieplan A World Fit for Children aan. Hoe ver zijn we nog verwijderd van deze nieuwe wereld die geschikt is voor kinderen?
In A World Fit for Children wordt een relatief nieuwe kijk op kinderen gegeven. Kinderen in het middelpunt plaatsen, betekent een revolutionaire verandering in ons denken, zelfs in onze religieuze tradities, die prachtige teksten kennen over kinderen.
Het Global Network of Religions for Children (GNRC) heeft hierin een taak. We kunnen vertegenwoordigers van diverse religies uitnodigen om mee te werken aan een wereld waarin kinderen tot hun recht komen. Zo kunnen we onszelf eraan herinneren dat we iets zinnigs moeten doen met ons geloof. En we kunnen zo opnieuw de aandacht te vestigen op de integriteit van het kind.
Het Actieplan A World Fit for Children beoogt drie noodzakelijke uitkomsten: een zo goed mogelijke start voor kinderen, toegang tot gratis basisonderwijs en de mogelijkheid voor kinderen en jongeren om hun individuele talenten te ontwikkelen. Het onderwijsmateriaal dat GNRC in mei in Hiroshima zal presenteren, is een poging om bij te dragen tot deze doelen. We willen kinderen leren andere culturen en religies te respecteren en een sterk gevoel voor ethiek te ontwikkelen.
De katholieke Kerk zegt meer dan 250.000 scholen te hebben op alle continenten, met 3,5 miljoen leerkrachten die 42 miljoen leerlingen onderwijzen. Welke rol spelen andere religies, inclusief de islam, het hindoeïsme en boeddhisme?
Religie en onderwijs horen bij elkaar, hoewel het waarschijnlijk eerlijk is te zeggen dat onderwijs vanuit religies vooral bedoeld is als onderwijs over religie en religieuze levenswijzen. Het doel van onderwijs was om religieuze tradities door te geven, door teksten te leren. Religieuze instructie was vooral belangrijk als iemand werd voorbereid op volwaardig lidmaatschap van een religieuze gemeenschap. In sommige tradities is het beoefenen van een spirituele discipline een manier voor het individu om bepaalde doelen in zijn leven te bereiken. In sommige landen vindt religieonderwijs plaats via seculiere schoolsystemen die lesstof aanbieden over alle religies in dat land.
Het christendom heeft inderdaad een lange traditie in onderwijs en kerken hebben overal in de wereld scholen. Maar andere tradities bieden dezelfde mogelijkheden. Daarbij denk ik bijvoorbeeld aan de scholen en schoolsystemen die in Centraal-Azië zijn opgezet onder leiding van de Turkse moslimbeweging Hizmet en de islamitische prediker Fethullah Gülen.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.