Thailand riskeert statusverlaging voor mensenhandelbeleid

Bij een statusverlaging zou Thailand in rang drie terechtkomen, samen met landen als Noord-Korea en de Centraal Afrikaanse Republiek. Dit zou het land zuur opbreken aangezien het momenteel lobbyt voor een niet-permanente positie binnen de VN-veiligheidsraad.

Rohingya: Mensenhandel of –smokkel?

Cijfers over de handel in Rohingya vluchtelingen ontbreken volledig in het rapport dat Thailand in maart 2014 overhandigde aan de Amerikaanse overheid. Het Thaise ministerie van Buitenlandse Zaken definieert de situatie van de Rohingya immers als een kwestie van mensensmokkel, niet mensenhandel. De vluchtelingen zouden volgens de Thaise logica hebben ingestemd met hun transport en niet tegen hun wil zijn ontvoerd of vastgehouden.

Reuters’ onderzoek uit 2013 toont echter aan dat de Rohingya vaak zonder hun medeweten verkocht en opgesloten werden in kampen in de Thaise jungle.

Verkocht op zee

De afgelopen jaren kwamen duizenden Rohingya terecht in overvolle Thaise detentiecentra, op de vlucht voor het geweld in Myanmar. Onderhandelingen tussen Thailand en Myanmar over hun lot leidden nergens toe aangezien Myanmar weigert de Rohingya te erkennen en hen als illegale immigranten uit Bangladesh beschouwt.

Als lucratieve oplossing voor de uitpuilende immigratiecentra ontwikkelde zich een geheim beleid dat Reuters in 2013 aan het licht bracht: Thaise immigratie-officieren vertellen de vluchtelingen dat ze gedeporteerd worden naar Myanmar, zetten hen op een boot en verkopen hen op zee aan mensenhandelaars.

‘Het leek allemaal zo officieel’, vertelde Ismail, een van de zogezegd gedeporteerde Rohingya aan Reuters. ‘Ze namen onze foto’s en vingerafdrukken en toen we twintig minuten later in de boot zaten, vertelden ze ons dat we verkocht waren.’

Opgesloten in kampen

De mensenhandelaars sluiten de vluchtelingen op in kampen in de jungle van zuid-Thailand op de grens met Maleisië. Hier worden ze bewaakt en mishandeld door gewapende mannen tot hun familie duizenden dollars betaalt voor hun vrijlating en doorreis naar Maleisië, het beloofde moslimland waar reeds minstens 31.000 Rohingya leven.

Het lot van Rohingya die hun vrijheid niet kunnen kopen, blijft onduidelijk. Een smokkelaar in Thailand vertelde Reuters dat sommigen als handarbeiders verkocht worden aan boerderijen of scheepvaartbedrijven voor 155 tot 1550 dollar. Ze werken onder andere in de Thaise zeevruchtenexport, die jaarlijks acht miljard dollar opbrengt en aan klanten in de Verenigde Staten, Japan en Europa levert. Anderen zouden eindigen als koks of bewakers in de kampen. De Rohingya vrouwen worden soms ook verkocht als bruiden.

Zo’n 40.000 Rohingya kwamen in 2013 in dergelijke kampen terecht volgens Chris Lewa, directeur van de humanitaire groep het Arakan Project. Een deel van hen werd vermoord of bezweek aan ziektes of uitdroging.  

Datzelfde jaar werden in Thailand negen mensen, waaronder twee ambtenaren, gearresteerd in verband met de smokkel van Rohingya. Geen van de arrestaties heeft tot nu toe tot een veroordeling geleid.

Op de vlucht voor geweld en discriminatie

De Rohingya zijn moslims uit Myanmar en Bangladesh. Doorgaans zijn ze staatloos en worden door de overheid beschouwd als illegale immigranten. Ze leven vaak volledig gescheiden van andere bevolkingsgroepen in kampen met onvoldoende toegang tot gezondheidszorg, scholing of jobs. Volgens de Verenigde Naties worden ze binnen Myanmar vervolgd en uitgebuit.

Sinds de nieuwe overheid in 2011 aan de macht kwam in Myanmar, na 49 jaar van militaire heerschappij, heeft het land een golf van communaal geweld gekend. In 2012 braken dodelijke clashes uit tussen Rakhine boeddhisten en Rohingya moslims, met minstens 192 doden en 140.000 daklozen als gevolg. Sindsdien ontvluchtten volgens het Arkan Project reeds 80.000 Rohingya Myanmar per boot.