Nieuwe baas UNDP waarschuwt tegen kaping VN-top

Een overdreven nadruk op de hervormingen van de Veiligheidsraad ondermijnt de inspanningen om een miljard mensen op aarde te helpen ontsnappen uit armoede, ziekte en analfabetisme, waarschuwt de Turkse Dervis, de eerste UNDP-baas ooit afkomstig uit een ontwikkelingsland. Het VN-Ontwikkelingsfonds begeleidt meer dan 160 landen bij hun ontwikkelingsprogramma’s.

Ik weet dat de kwesties van de Veiligheidsraad erg moeilijk zijn, zegt hij. Maar we zouden niet alle aandacht alleen daardoor mogen laten wegkapen. Ik hoop dat de deelnemers (van de VN-top) hun engagement zullen herbevestigen om zich te concentreren op het ontwikkelingsbeleid door niet toe te laten dat die agenda op een zijspoor wordt geplaatst.

Dervis verwijst naar de VN-top in september waar meer dan 170 staatshoofden worden verwacht. De top is bedoeld om de vooruitgang te evalueren van de acht millenniumdoelstellingen die 189 staats- en regeringsleiders in 2000 ondertekenden.

Tegen 2015 moet onder meer het aantal extreem arme wereldburgers gehalveerd zijn, moeten alle kinderen het basisonderwijs kunnen afmaken, en moet de uitbreiding van aids gestopt zijn.

Maar sinds VN-Secretaris-generaal Kofi Annan in maart zijn rapport voorstelde over de nood aan hervormingen binnen de Verenigde Naties, is de organisatie gefixeerd op de vraag hoe ze de 15 zitjes in de Veiligheidsraad moet uitbreiden en veranderingen in het management doorvoeren. Annan wilde dat lidstaten deze vragen voor het begin van de septembertop op te lossen, maar een consensus is er nog niet.

Dervis wordt bijgetreden door de voorzitter van de G77, een groep van 132 een groep van 132 ontwikkelingslanden die samen veruit de meerderheid vormt van de 191 lidstaten van de VN. Ook Stafford Neil, tegelijk VN-ambassadeur van Jamaica, vindt het ontwikkelingsgehalte van de voorliggende ontwerpverklaring te laag.

De nieuwe UNDP-baas zei ook teleurgesteld te zijn over de rijkste landen, waarvan volgens hem vele hun beloften voor financiële steun aan ontwikkelingslanden niet hebben waargemaakt en zegt dat hij zijn nieuwe baan zal gebruiken om er bij donoren op aan te dringen hun belofte te houden.

Momenteel hebben slechts vijf landen hun ontwikkelingsbudget zoals beloofd opgetrokken tot 0,7 procent van het bruto nationaal product. De goede leerlingen zijn Nederland, Luxemburg, Denemarken, Noorwegen en Zweden. De Verenigde Staten, die al hun gewicht in de schaal gooien voor VN-hervormingen, spenderen 0,16 procent.

De Belgische regering zegt dat ze de 0,7-grens tegen 2010 zal halen. Maar daarvoor is nog een grote inspanning nodig. Vorig jaar kwam de Belgische ontwikkelingsbijdrage nog maar aan 0,41 procent van het bbp. Rekening houdend met de economische groei moet het budget voor ontwikkelingssamenwerking elk jaar met 145 miljoen stijgen om tegen 2010 het doel van de 0,7 te bereiken. (ADR/MM)