Het zelf, de buren en de buurt

Als zwarte Afrikaanse vrouw verzet ik mij tegen de gevestigde orde en de consensus van de rijken. Mijn verzet is niet alleen een morele plicht, maar ook een voortdurende intellectuele en fysieke strijd op alle fronten. De geschiedenis heeft ertoe geleid dat het niet anders kan: wij, Afrikaanse vrouwen, moeten onze krachten meten met materiële tekorten en culturele en morele vooroordelen die het resultaat zijn van een eeuwenlange agressie en onteigening.
Het volk moet de kans grijpen, het moet iets onmogelijks willen doen. Tegen het noodlot, tegen de geschiedenis, de natuur in… Aimé Césaire, The Tragedy of King Christophe

Tijdens de kolonisering waren we ons volledig bewust van de minderwaardige status die onze koloniale meesters ons toebedeelden. Verzet en nationale bevrijdingsbewegingen ontstonden uit de nood om te vechten tegen die vernedering en onrechtvaardigheid. Nu hebben we wel ons land en onze politieke vrijheid gewonnen, maar het gevecht voor onze waardigheid en menselijkheid hebben we verwaarloosd. We zijn sterk verzwakt door onzichtbare wonden.


Geen bewegingsvrijheid

De ontkenning en verkrachting van ons culturele erfgoed was een van de fundamenten van onze verhouding met de koloniale heersers. Onze verbeelding was ons ontnomen of verkracht. We werden het recht ontzegd om zelf onze problemen te analyseren en een lezing en interpretatie van onze geschiedenis te maken die ons zou toelaten duidelijk te zien en rechtop te staan. Onze voormalige meesters gaan door met voor ons te denken en te beslissen, zoals zij in het verleden deden, maar nu doen zij dat via het kanaal van de internationale financiële en handelsinstellingen. We hebben geen bewegingsvrijheid en we kunnen ook niet met deze instellingen breken en hun acties veroordelen, aangezien we verondersteld worden zelfstandig te zijn. De democratie die ons ooit werd beloofd om de jaren van onrechtvaardigheid recht te zetten, is een electorale farce en soms zelfs een tragedie geworden. De enige winnaars zijn de verkozenen, en zij worden gemotiveerd door de kansen om de publieke instellingen en de geldmiddelen te controleren en zichzelf schaamteloos te verrijken.

De volkeren van Afrika moeten zich nog ten volle bewust worden van de omvang van de manipulatie waarvan zij het slachtoffer zijn: van buitenaf door de verdedigers van de internationale financiële en handelsinstellingen, van binnenuit door leiders die optreden als zaakwaarnemers van buitenlandse economische machten. De westerse machten verhinderen de Afrikanen kritiek uit te oefenen en zeker alternatieven voor te stellen voor structurele hervormingen die in de westerse landen zelf niet of slechts heel moeizaam werken. Het Westen verlangt dat Afrika zou groeien en bloeien in systemen waarmee zelfs de oude, rijke democratieën van Europa en Noord-Amerika geen werk en inkomen, gezondheidszorg en hoop voor al hun burgers kunnen waarborgen.

Verder ondervindt Afrika ook hinder van de vele zogenaamde experts en specialisten, die betaald worden om de problemen van Afrika te analyseren en die de ene belediging op de andere stapelen door het politieke, economische en symbolische geweld te ontkennen dat ons voortdurend wordt aangedaan in onze interacties met de rijken en de machtigen. De Senegalese schrijver Boubacar Boris Diop klaagt in de krant Le Quotidien van 6 april 2004 dat deze ontkenning door het Westen ook in Rwanda opgedrongen is: “Elke Afrikaan die de Rwandese genocide wil onderzoeken, krijgt een spiegel voorgehouden om naar zijn eigen demonen te kijken”.

In zijn boek Negrologie: Pourquoi L’Afrique meurt herschrijft Stephen Smith (1) de Afrikaanse geschiedenis en biedt daarmee een perfect voorbeeld van deze verkeerde analyse. De schrijver zegt aan Afrikanen en niet-Afrikanen die geloven dat er veel mogelijk is en dat uit de gruwelen van het verleden en het heden een betere toekomst en een ander Afrika kan opstaan: “… het heden heeft geen toekomst op dit continent.” Hij meent dat ” … Afrika een slachtoffer van zichzelf is… een leverkleurig land van massamoorden en hongersnoden, een kerkhof voor alle hoop.” Smith, die voor een Afrikakenner doorgaat, feliciteert Mali: “Voor elk succesverhaal, zoals dat van Mali onder leiding van Alpha Oumar Konaré en Amadou Toumani Touré, voor elke half-democratische verkozen leider zoals John Kufuor van Ghana, Abdoulaye Wade van Senegal of Olusegun Obansanjo uit Nigeria … zijn er tegenpolen als Pascal Lissoubas in Congo, Frederick Chiluba in Zambia of Ange-Félix Patassés in de Centraal-Afrikaanse Republiek.”

Zulke uitspraken verdelen de Afrikanen en leiden ons af van het opbouwen van een verlicht sociaal en politiek bewustzijn. Alleen Afrikanen hebben het recht zich uit te spreken over de verdiensten van hun leiders. De volkeren van Mali, Senegal, Congo en Centraal-Afrika zitten allemaal in dezelfde situatie, waarin de opeenvolgende leiders geen echte geloofwaardige economische alternatieven bieden. Het maakt weinig verschil of ze democratisch verkozen zijn of niet, want ze hebben het idee van Afrika’s achterstand op de rest van de wereld zodanig in zich opgenomen dat zij nu blind vertrouwen stellen in elke hervorming die de rijke landen voorstellen. Zij aanvaarden hun rol van jaknikkers, voeren de bevelen van de multinationale ondernemingen uit en beschermen de belangen van die bedrijven.


Lokale impulsen voor de zoektocht naar alternatieven

Onze enige keuze is in opstand te komen tegen de internationale overeenkomsten die onze landen hebben opengegooid voor de wereldeconomie. Onze economieën openstellen is gekkenwerk en houdt onze regeringen gevangen. De publieke opinie in de rijke landen moet aangemoedigd worden om te protesteren tegen het beleid van haar regeringen in Afrika, een beleid dat gevoerd wordt “in hun naam maar met minimale doorzichtigheid en maximale onverschilligheid” (2). In het kader van deze globale strijd is weerstand een nobele taak. Daarvoor is harde en creatieve actie nodig, zeker in Afrika waar de bevolking alle hoop en illusies verloren heeft met betrekking tot een ‘strijd tegen de armoede’ die alleen maar de beleidsmaatregelen en hervormingen versterkt die de armoede veroorzaakt hebben. De initiatieven die ik verdedig, zoals ‘het zelf, de buren en de buurt’ (self, neighbours and locality), proberen de zoektocht naar alternatieven aan te zwengelen met lokale impulsen. De bedoeling is de sociale relaties te herstellen door de lokale basisinfrastructuur op te knappen.

Mirissa, de wijk van Bamako waar ik leef, heeft me in twee jaar veel geleerd over de beperkingen en grenzen van een representatieve democratie waarin de dollar soeverein heerst en waarvan de regels worden vastgelegd in Washington, Parijs, Brussel of Genève. Op lokaal niveau moeten we verder en sneller gaan en de ervaringen met sociale verandering benutten om het volk te informeren en te vormen. We moeten een kritische massa van economisch en politiek bewuste burgers tot stand brengen, die de verbanden zien tussen de neoliberale globalisering en werkloosheid, armoede, geweld en emigratie.

Als de Afrikanen, in het bijzonder de demografische en politieke meerderheid van jonge mensen en de vrouwen, die nu de gaten in het systeem moeten opvullen, meer inzicht krijgen in het proces van de globalisering, zullen zij een veel effectievere tegenactie vinden dan gewapende strijd of ballingschap. Alleen dan zullen zij hun lot in eigen handen hebben.

Literatuur

(1) Stephen SMITH, Negrologie: Pourquoi l’Afrique meurt, Calmann-Lévy, Parijs, 2003
(2) Anne-Cécile ROBERT, L’Afrique au secours de l’Occident, l’Atelier, Parijs, 2004

Stop de leugen (T5)

Interview met Aminata Traoré in L’Humanité van 26 januari 2002, door Florence Santos da Silva

Waarom strijdt u op basis van uw ervaringen als vrouw en als Malinese tegen de globalisering zoals die vandaag tot stand komt?

Aminata Traoré: Ik spreek over mezelf en over de plaats waar ik leef om te getuigen van mijn ervaringen en de zin van mijn inzet. Het is van groot belang de achtergrond en voorgeschiedenis duidelijk te maken van wat men zegt. Ik engageer mij niet in de strijd tegen de globalisering omdat het een modieuze trend van deze tijd is, maar omdat ik in mijn eigen leven en lichaam de gebeurtenissen ervaar die het leven van mijn landgenoten overhoop gooien. Door mijn opleiding word ik zelf minder direct getroffen, maar net als de meeste mannen en vrouwen van mijn continent betaal ook ik de prijs voor de macro-economische beslissingen die ons opgedrongen worden. Onze leiders en onze buitenlandse partners verbergen voor ons het uiteindelijke doel van deze beslissingen: de hervorming van onze maatschappij, onze economie en onze cultuur volgens de neoliberale dogmatiek. Mijn boek (Le viol de l’imaginaire) had ook de titel ‘Stop de leugen’ kunnen dragen.

Wat verstaat u onder leugen?

Liegen is de kunst om gouden bergen te beloven aan een wanhopige bevolking, om haar zo beter onder controle te houden en te onteigenen. Iedereen kan toch vaststellen dat die strategieën om de armoede te bestrijden alleen maar meer armoede veroorzaken. Dat komt omdat de voorgestelde oplossingen absoluut niets te maken hebben met de kwalen van de mensen die in armoede leven. De volkeren van Afrika worden door de Meesters van de Wereld overstelpt met woorden die ze moeten herhalen en herhalen om de financiering te ‘verdienen’ die ze nodig hebben. Zowel de staten als de particuliere verenigingen worden verplicht zich in te schrijven in de dominerende logica, als ze tenminste overeind willen blijven. De internationale financiële instellingen en de donoren van ontwikkelingshulp laten geen gelegenheid voorbij gaan om ons te hersenspoelen. Het is zover gekomen dat wij niet meer zelf en voor onszelf kunnen denken. Dat is wat ik de roof of de verkrachting van de verbeelding noem.

U citeert schrijvers die gevochten hebben voor de onafhankelijkheid van Afrika, zoals Frantz Fanon en Aimé Césaire. Welke boodschap hebben zij vandaag nog voor ons?

Césaire heeft over Amerika gezegd: “De Amerikaanse dominantie is de enige overheersing waaraan we niet zullen ontsnappen. Ik bedoel dat wij er niet geheel ongeschonden aan zullen ontsnappen…” Hij riep ons veertig jaar geleden al op om afstand te nemen van deze reus die diep gekwetst is door de gebeurtenissen van 11 september. Wij hebben in de jaren zestig al te vlug de armen laten zakken. Wij hebben geloofd in de onafhankelijkheid, maar we zijn er niet in geslaagd haar te behouden en te versterken. Er gaapt een diepe kloof tussen de intellectuelen die gevochten hebben voor de onafhankelijkheid en de huidige generatie van intellectuelen. Omdat wij niet meer kunnen dromen. Onze elites zijn verdoofd of verslaafd. Ze moeten opstaan en hun rol spelen in de economische, sociale en politieke wederopbouw van Afrika.

U zegt dat na 11 september alle maskers afgevallen zijn.

11 september heeft in alle duidelijkheid het cynisme van het systeem aan het licht gebracht. Deze uitzonderlijk ernstige gebeurtenis had voor de machtigen van de aarde de gelegenheid kunnen bieden om zich te bezinnen over de diepere oorzaken van de haat en de angst voor de andere, en vervolgens hadden zij het roer kunnen omgooien. Ze hebben er integendeel gebruik van gemaakt om met kracht de rol van weldoener op te eisen voor het neoliberale systeem. In het bijzonder het handelssysteem is volgens hen in staat armoede en menselijk lijden te verzachten. De ervaringen en de feiten op het terrein weerleggen deze theorie, die in feite niet meer dan een verzinsel is. Wij zijn de eeuwige verliezers in een wereldhandel die onze producten te laag waardeert en die prijzen opdringt die in geen enkele verhouding staan tot de realiteit van de productie.

Het lijden van de families van de slachtoffers van 11 september is misbruikt om stellingen te versterken die niets meer dan leugens zijn. De logica van de overheersing, die aan de basis ligt van de strijd tegen het terrorisme, vergroot bij de verworpenen der aarde nog het gevoel van onrechtvaardigheid, zodat een groot deel van hen zich gaat identificeren met bin Laden die voor hen een held is. Ze lopen in T-shirts bedrukt met zijn hoofd. Mensen die nooit eerder van bin Laden of van zijn strijd gehoord hadden, lopen nu met foto’s van hem op zak. Plotseling slaagt deze onbekende erin de sterkste macht ter wereld uit te dagen en slapeloze nachten te bezorgen. Deze reacties, die niet enkel in Afrika voorkomen, versterken onze overtuiging dat een meer rechtvaardige wereldorde nodig is.

Wat verwacht u van het Wereld Sociaal Forum in Porto Alegre?

De andersglobaliseringsbeweging is een wereldwijde sociale beweging die massaal pleit voor een rechtvaardiger wereld. Dat is de enige weg om nog meer haat, frustraties en terrorisme te vermijden. De diepere betekenis van de beweging is nog niet tot iedereen doorgedrongen. In een tijd dat de technologische vooruitgang ons dichter bij elkaar brengt en ons helpt elkaar te begrijpen, is het toch ondenkbaar dat de angst voor vreemdelingen tegelijk ongekende hoogten bereikt. We zitten vast in een surrealistische situatie. De middelen waarmee we de materiële en morele ellende van de mensheid kunnen opheffen, gaan verloren aan maatregelen voor veiligheid en militaire bescherming. Die investeringen en alle andere maatregelen zullen nutteloos blijven zolang de rijkdommen van deze planeet ongelijk verdeeld zijn. Porto Alegre is een platform om deze boodschap luid uit te dragen en te bevestigen dat een andere wereld mogelijk is, een wereld waarin de mens geen wolf is voor de andere, maar een broeder en een bondgenoot.

Wat is de bedoeling van het Afrikaans Sociaal Forum in Bamako?

De civiele samenleving in Afrika wil deelnemen aan de opbouw van een betere wereld. Daarom hebben wij dit Forum georganiseerd. Voor de 250 deelnemers was het een voorbereiding op Porto Alegre, een gelegenheid tot bewustwording en het nemen van verantwoordelijkheid. Na Porto Alegre zullen wij verder proberen de grondvesten van een Afrikaanse sociale beweging te versterken. Het is een nieuwe etappe in de bevrijdingsstrijd in Afrika. We zullen in Porto Alegre getuigenis afleggen over de ellendige toestand waarin Afrika verkeert en we zullen bewijzen dat onze ellende niet losstaat van het systeem dat heel de planeet in gevaar brengt.

Was de keuze van Bamako voor de organisatie van het Forum een voordeel?

Elk land dat dergelijke bijeenkomsten organiseert, haalt er voordeel uit omdat de pers er aandacht aan besteedt. Op die manier kan de bevolking kennis nemen van onze eisen en moediger en krachtiger worden in haar kritiek op het neoliberale beleid. De bevolking van Mali heeft nooit de armen laten zakken, net zomin als de andere volkeren van Afrika. Maar het publiek ziet dikwijls niet meer dan het zichtbare deel van de ijsberg. In Bamako waren niet alleen militanten uit heel Afrika aanwezig, er waren ook verschillende generaties vertegenwoordigd. Studenten en andere jongeren hebben vrij kennis kunnen maken met grote persoonlijkheden als Ahmed Ben Bella, de eerste president van het onafhankelijke Algerije, en met Joseph Ki-Zerbo, de grote historicus uit Burkina Faso.

Wanneer is de beweging voor een andere wereld in Afrika ontstaan?

De strijd tegen de structurele aanpassingsprogramma’s van het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank is begonnen zodra de eerste effecten van deze programma’s voelbaar werden. De ontevredenheid begon te groeien toen de eerste arbeiders hun baan en de eerste studenten hun studiebeurs verloren. De eerste politieke explosies, die zich nog voordeden voor de democratiseringsgolf, waren een direct gevolg van de verarming van onze bevolking. Maar op dat ogenblik werd nog geen duidelijke diagnose gesteld. De kritiek was gericht tegen de leiders van de landen, tegen de manier waarop wij bestuurd werden en waarop onze vrijheden werden beperkt. Mede door verkeerde informatie hebben de betogers tot nu toe niet ten volle de logica van het systeem begrepen. De vakbonden zijn hierin voorgegaan door in de jaren tachtig met de vinger naar het IMF en de Wereldbank te wijzen. De val van de Berlijnse Muur heeft daarna de protesten doen verstommen. De overwinnaars van de Koude Oorlog hebben zichzelf tot heersers van de wereld en de markt tot alleenzaligmakend systeem uitgeroepen. Zelfs de arbeiders hebben zich toen laten verleiden door de illusie van een markt die kan voldoen aan alle behoeften: arbeidsplaatsen en inkomens creëren, gezondheidszorg en onderwijs ter beschikking stellen. Maar door de ene ontgoocheling na de andere is er geleidelijk aan een bewustzijn gegroeid. Daar ligt de cruciale betekenis van Porto Alegre voor Afrika.

Aminata Traoré is doctor in de sociale psychologie en de psychopathologie. Ze was minister van Cultuur in Mali. Ze steunt initiatieven voor het scheppen van werkgelegenheid voor vrouwen en in de culturele sector en de milieubescherming.
Aminata Traoré is een van de leidende figuren in het verzet tegen het neoliberalisme in Afrika en voor de versterking van de rol van de civiele maatschappij. In januari 2002 organiseerde zij in Bamako, de hoofdstad van Mali, het Afrikaans Sociaal Forum, als voorbereiding op het Wereld Sociaal Forum in Porto Alegre in Brazilië.
Aminata Traoré publiceerde bij uitgeverij Fayard in Parijs Le viol de l’imaginaire. In dat boek analyseert zij de mechanismen die Afrika zijn menselijke, natuurlijke en financiële hulpbronnen ontnemen.

Deze tekst verscheen in Le Monde diplomatique van juni 2004.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.